Droogmakerij de Beemster is ontworpen in dezelfde periode als het oudste deel van de Amsterdamse grachtengordel. De opdrachtgevers kwamen uit de Amsterdamse koopmanselite en de ambtelijk-bestuurlijke bovenlaag van de Republiek. De Beemster en andere droogmakerijen speelden zich af op het platteland, maar de ideeën en het geld kwamen uit de stad. Dat wordt fraai gesymboliseerd in de architectuur van boerderij De Eenhoorn (zie afbeelding). De motieven achter beide projecten vertonen grote overeenkomsten. De grachtengordel en de Beemster zijn vaak als ‘ideale’ ontwerpen gekarakteriseerd, die zouden zijn gebaseerd op Italiaanse architectuurtheorie of het werk van noordelijke theoretici als Simon Stevin of Salomon de Bray. Dit aspect is opvallend aanwezig in de cultuurhistorische en universele waarde die ten grondslag ligt aan de werelderfgoedstatus. Hierbij wordt voorbijgegaan aan het feit dat een ontwerp voor een stadsuitbreiding of een droogmakerij in de eerste plaats de oplossing beoogde van een aantal problemen, en geen op zichzelf staand kunstwerk is, maar een afgewogen combinatie van functionaliteit, esthetiek en rentabiliteit.
Jaap Evert Abrahamse is bijzonder hoogleraar Stad, landschap en erfgoed aan de Vrije Universiteit en senior onderzoeker bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. Hij studeerde in 1993 af in de stedenbouwgeschiedenis. In 2010 publiceerde hij De grote uitleg van Amsterdam. Stadsontwikkeling in de zeventiende eeuw.
Organisatie: afdeling Oost
Tram 19 en de bussen 65, 240, 320, 322 en 327.
€ 3,90 per uur tot 21 uur.
U kunt zich aanmelden voor de digitale nieuwsbrief, druk op onderstaande knop.
© Vereniging Ons Amsterdam